Het is verstandig regelmatig de bandenspanning van je fiets te Controleren. De maximale druk staat vaak aangegeven op de zijkant van de band. Hoe harder de band is opgepompt hoe lager de rolweerstand. Echter een hard opgepompte band kan afhankelijk van het wegdek (grind, asfalt, straatstenen, ect) toch de snelheid doen verminderen doordat de band minder goed rolt over een oneffen wegdek. Een te slappe band komt de snelheid ook niet ten goede, ook is de kans op lekrijden een stuk groter en de slijtage neemt toe.
De breedte van de fietsband, gewicht van de fietser, wegdek en weersomstandigheden zijn belangrijke factoren voor het bepalen van de juiste bandenspanning.
Het lichaamsgewicht en eventueel bepakking is een belangrijke factor die nodig is voor het bepalen op de juiste bandendruk. Hoe zwaarder de fietser, hoe hoger de bandenspanning moet zijn.
Het type wegdek (grind, asfalt, straatstenen, zand) heeft ook veel invloed bij het bepalen van de juiste bandendruk. Bij mooi asfalt is een hoge bandenspanning de juiste keuze; bij kasseien een lagere.
Hoe breder de band hoe minder druk er nodig is. Hieronder een tabel met een overzicht van geadviseerde bandendruk (in bar) per bandbreedte voor een fietser van 75 kg. Bij een andere lichaamsgewicht kan je 1 bar aftrekken/optellen per 10 kg.
Bandbreedte | Bar |
20 | 9 |
23 | 8 |
25 | 7 |
28 | 6 |
32 | 5 |
37 | 4.5 |
40 |
4 |
47 | 3.5 |
50 | 3 |
55 | 2.5 |
60 | 2 |
Laat je banden bij gladheid (ijs en ook regen) iets leeglopen voor het betere wegligging. De banden hebben zo meer grip op het wegdek, omdat het bandoppervlak iets groter is. Wel blijven oppassen!