Derailleur afstellen
Inleidende opmerkingen
-
Benodigdheden: een kleine kruiskopschroevendraaier.
-
Door de stelschroef ("H") van de voorderailleur en
achterderailleur met de klok mee te draaien wordt deze in de
derailleur gedraaid. Effect: de derailleur gaat naar binnen.
-
Door de stelschroef ("L") van de voorderailleur en
achterderailleur met de klok mee te draaien wordt deze in de
derailleur gedraaid. Effect: de derailleur gaat naar buiten.
-
De stelnippel vindt zich op de derailleur en/of bij de
versnellingshendels.
-
Begin met de achterderailleur.
Afstellen achterderailleur
-
Het afstellen van de achterderailleur doe je door het aandraaien
of losdraaien van twee kleine stelschroefjes op de
derailleur. Deze schroefjes hebben vaak de aanduiding "H" (van
high) en "L" (van low).
-
Afstellen hoogste versnelling
-
Zet de ketting op het kleinste achtertandwiel en het grootste voorblad.
-
Stel het "H" schroefje zo af dat de derailleur in het midden van
het kleinste achtertandwiel staat.
-
Mocht het niet lukken om de derailleur op het kleinste
achtertandwiel te krijgen draai dan met hulp van de stelnippel
de kabel iets losser, omdat deze waarschijnlijk te strak
gespannen is.
-
Met hulp van de stelnippel stel je de derailleur nauwkeuriger af.
-
De versnelling is goed afgesteld als de ketting niet van het
kleinste achtertandwiel afloopt.
-
Afstellen laagste versnelling
-
Zet de ketting op het grootste achtertandwiel en het kleinste
voorblad.
-
Stel het "L" schroefje zo af dat de derailleur in het midden van
het grootste achtertandwiel staat.
-
Mocht het niet lukken om de derailleur op het grootste
achtertandwiel te krijgen draai dan met hulp van de stelnippel
de kabel iets strakker, omdat deze waarschijnlijk te los staat.
Zet de kabel niet te strak, omdat ook het kleinste
achtertandwiel bereikt moet worden.
-
Met hulp van de stelnippel stel je de derailleur nauwkeuriger af.
-
De versnelling is goed afgesteld als de ketting niet van het
grootste achtertandwiel afloopt en niet ratelt. Ook is het
belangrijk dat de derailleer niet tegen de spaken aanloopt.
-
Tenslotte
-
Met hulp van de derde schroef kan de afstand van de derailleur
en de cassette worden afgesteld.
Afstellen voorderailleur
-
Ook de voorderailleur heeft twee kleine stelschroefjes op de
derailleur. Deze schroefjes hebben vaak de aanduiding "H" (van
high) en "L" (van low). De voorderailleur moet evenwijdig lopen
met de voorbladen.
-
Afstellen hoogste versnelling
-
Zet de ketting op het grootste voorblad en het kleinste
achtertandwiel.
-
Stel het "H" schroefje zo af dat de derailleur in het midden van
het grootste voorblad staat.
-
Mocht het niet lukken om de derailleur op het grootste voorblad
te krijgen draai dan met hulp van de stelnippel de kabel iets
strakker, omdat deze waarschijnlijk te los staat. Zet de kabel
niet te strak, omdat ook het kleinste voortand bereikt moet
worden.
-
Met hulp van de stelnippel stel je de derailleur nauwkeuriger af.
-
De versnelling is goed afgesteld als de ketting niet van het
grootste voorblad afloopt en niet ratelt.
-
Afstellen laagste versnelling
-
Zet de ketting op het kleinste voorblad en het grootste
achtertandwiel.
-
Stel het "L" schroefje zo af dat de linkerbinnenkant van de
derailleurkooi net langs de ketting loopt.
-
Mocht het niet lukken om de derailleur op het kleinste voorblad
te krijgen draai dan met hulp van de stelnippel de kabel iets
losser, omdat deze waarschijnlijk te strak gespannen is.
-
Met hulp van de stelnippel stel je de derailleur nauwkeuriger af.
-
De versnelling is goed afgesteld als de ketting niet van het
kleinste voorblad afloopt en niet ratelt.