Sportdranken
Er zijn sportdranken speciaal tijdens het sporten (dorstlessers)
en om het herstel te bevorderen (energiedranken en
eiwitdranken).
Soorten sportdranken
- Hypotone dranken: tot 6 gram koolhydraten per 100 ml.
- Isotone dranken: 6-8 gram koolhydraten per 100 ml.
- Hypertone dranken: meer dan 8 gram koolhydraten per 100 ml.
Hypotonedrank (dorstlesser)
Bij hypotone dranken bevatten minder deeltjes dan het bloed. Het
vocht wordt zeer snel door het lichaam opgenomen door de sterke osmotische werking.
- Zeer snel door lichaam opgenomen. Sneller als water.
- Gebruik: bij vochtverlies en minder intensieve langdurige inspanningen.
- Nadeel ten opzichte van isotone drank: bevat minder energie.
- Nadeel van kraanwater is dat het langer in de maag blijft.
- Bevatten geen (water) tot weinig koolhydraten (maximaal 6 gram per 100 ml).
- Voorbeelden: water en sportwater.
Isotone drank (dorstlesser)
Bij een isotone drank is de
concentratie opgeloste deeltjes per liter hetzelfde als in het
bloed. De opname van deze drank door het lichaam verloopt snel,
echter iets minder snel dan bij een hypotone drank.
- Snel door lichaam opgenomen. Even snel als water.
- Gebruik: bij vochtverlies en langdurige intensieve inspanningen.
- Voordeel ten opzichte van hypotone drank: bevat meer energie.
- Bevatten ook koolhydraten (tussen 6 en 8 gram per 100 ml).
- Voorbeelden: isostar, powerbar en born.
Hypertone drank (energiedrank)
Hypertone drankensportwater van bekende merken en water.
bevatten veel deeltjes. Hoe meer deeltjes in een
oplossing, hoe langer het duurt voordat de drank uiteindelijk in het bloed wordt opgenomen.
- Langzaam door lichaam opgenomen. Langzamer als water.
- Gebruik: na afloop van het sporten om koolhydraatvoorraad aan te vullen.
- Ook tijdens sporten bij energie te kort (alleen bij gering vochtverlies).
- Niet geschikt om tijdens sporten vochtverlies te herstellen.
- Bevatten veel koolhydraten (meer dan 8 gram koolhydraten per 100 ml).
- Voorbeelden: AA drank en extran energy.sportwater van bekende merken en water. Ook: cola en vruchtensappen.
Uitleg osmolaliteit
-
De osmolaliteit van een drank betekent het aantal deeltjes (koolhydraten en elektrolyten).
-
Drank komt in de maag terecht
en wordt daarna doorgegeven aan de darm. Dat gaat echter niet
vanzelf. De concentratie (het aantal deeltjes) moet tussen de
maag en darm hetzelfde zijn. Zo stroomt er bij een hypertone
drank vocht vanuit het lichaam (bloedbaan) naar de darm om de
concentratie gelijk te maken.
-
Hoe meer deeltjes hoe langer het duurt voordat de drank de darm bereikt.
-
Ook heeft zout invloed: drank met meer zout bereikt sneller de darm.
Tip
Merken sportvoeding
Zelf sportdrank maken
-
Hieronder drie voorbeelden om
gemakkelijk een sportdrank zelf te maken.
-
Meng een halve liter appelsap
(ongeveer 55 gram koolhydraten) en een halve liter water. En
voeg een mespuntje zout toe.
-
Los in een liter water tussen 50 en 80 gram
koolhydraten (bijvoorbeeld sacharose of fijne suiker) op en voeg hoogstens een
mespuntje keukenzout toe.
-
Roosvicee (bevat 57 gram
koolhydraten per 100 ml) aanvullen met een liter water.
-
Eventueel kan je nog een smaakje
toevoegen: een klein beetje roosvicee of citroensap.
Tips
-
Drink sportdrank met een temperatuur tussen de 10 en 15
graden voor de beste opname.
-
Experimenteer niet met sportvoeding tijdens
lange fietstochten. Je kunt de weken voor de fietstocht nagaan
of een merk je bevalt.
-
Drink op een warme dag voordat je vertrekt nog wat.
-
Wanneer je problemen hebt met
drinken tijden fietsen: je kan je lichaam vaak goed leren omgaan met
drinken tijdens fietsen.
- Bij een hoge omgevingstemperatuur en
een hoge vochtigheidsgraad en slechte ventilatie is het
vochtverlies hoger.
- Probeer eens een hersteldrankje
bestaande uit 70% eieren en 30% melk of 50% melk en 50%
aardappelen.
- Bruin bier is ook goed voor het herstel. Een
pilsje kan je beter niet gebruiken: het onttrekt vocht uit je
lichaam.
Voor meer informatie